De Top 2000 is de slechtste verslaving die je niet wilt opgeven
Daar is-ie bijna weer. Die tijd van het jaar waarin we ons collectief laten meeslepen in de grootst mogelijke nostalgische fuik: de Top 2000. Je weet wel, dat jaarlijkse radiofestijn op NPO Radio 2 waar je als een junk aan vastgeplakt zit, terwijl je eigenlijk beter weet. Want eerlijk, de Top 2000 is helemaal niet goed voor je. Maar kun je stoppen? Natuurlijk niet.
Waarom het slecht voor je is
Laten we beginnen met het meest voor de hand liggende: je hersenen. Die arme grijze massa van je krijgt een non-stop bombardement van dezelfde nummers. Elk jaar weer. “Bohemian Rhapsody”, “Hotel California”, “Stairway to Heaven”, het is alsof je favoriete gerechten elke dag opnieuw op je bord worden gekwakt. Lekker? In theorie wel. Maar na dag vijf smacht je naar een droog crackerske, want zelfs Queen kan je uitputten.
En dan hebben we het nog niet gehad over de fysieke gevolgen. Je zit vastgelijmd aan de radio, met een kerststol in je ene hand en een glas glühwein in de andere. Bewegen? Ho maar. Je begint het nieuwe jaar met een BMI waar zelfs de gebroeders Coen van zouden schrikken. Het enige cardio-moment is als “Thunderstruck” opkomt en je even luchtgitaar speelt.
Waarom het toch boeit
Maar ja, geef het maar eens op. De Top 2000 heeft een bijna hypnotiserende aantrekkingskracht. Het is een nationale muzikale comfort food. Hoe vaak je ook moppert over het gebrek aan verrassingen, want echt, hoe komt Clocks van Coldplay iedere keer weer in die top 10?, zodra “Africa” van Toto door de speakers schalt, ben je verkocht. Het is een nostalgische knuffel die je niet kunt weigeren.
Bovendien is het een sociaal bindmiddel. Of je nu een boomertante hebt die zweert bij Boudewijn de Groot of een hippe neef die alleen op Daft Punk stemt, iedereen vindt iets van de lijst. Het is de enige tijd van het jaar dat je zonder ruzie een gesprek kunt voeren met je schoonfamilie.
Je kunt niet ontsnappen
Dus ja, de Top 2000 is slecht voor je. Je blijft zitten waar je zit, je luistert dezelfde nummers als vorig jaar en je verliest drie hersencellen per keer dat Meat Loaf over z’n Bat Out of Hell begint. Maar je blijft luisteren. Want stiekem wil je toch even weten of Guns N’ Roses dit jaar wéér te laag staat en of Snollebollekes het uiteindelijk naar plek 1999 heeft geschopt.
Het is een hardnekkige traditie, een muziekmarathon waar je tegen wil en dank aan meedoet. En zodra de klok middernacht slaat op 31 december, kijk je met een zucht van verlichting terug op die duizelingwekkende lijst. Tot volgend jaar, Top 2000. Want eerlijk, we weten allebei dat ik weer inschakel.